Harvard-Studie
Door Udo Pollmer
Vele websites over gezondheid zetten afgelopen week een onplezierige boodschap op het net. Volgens dit bericht zouden citrusvruchten het risico op zwart huidkanker verhogen, omdat de zich daarin bevindende “secundaire plantenstoffen” de huid gevoeliger voor licht maken. Alweer bangmakerij of steekt er dit keer een serieuze bevinding achter?
Ja ook vakbladen zoals de „Pharmazeutische Zeitung” hebben de melding uit Harvard opgenomen. De consumptie van citrusvruchten zou het melanoomrisico verhogen. Deze bevinding stoelt op de uitkomsten van twee beroemde studies, de “Nurses Health Study” en de “Health Professionals Follow-up Study”. De meer dan 100.000 deelnemers werden 25 jaar lang...
...in regelmatige tijdsvlakken naar hun voeding en leefstijl ondervraagd. In het verloop van de onderzoeken zijn ongeveer 2.000 deelnemers aan een melanoom gaan lijden. Dat is een goede statistische basis.
De onderzoekers kwamen op de idee, de invloed van citrusvruchten op de huidkanker te onderzoeken, door een onverwachte waarneming: Het melanoom, correleert tegen de publieke mening in, nu eenmaal niet met de UV-straling. Daarom word er naar andere factoren gezocht: De sinds 50 jaar stijgende consumptie van citrusvruchten paste beter bij het optreden van kanker.
Verse Grapefruits kwamen het slechtste uit de bus
De analyse uit Harvard was vooral belastend voor verse grapefruits, ze kwamen eenduidig als slechtste uit de bus, bij andere citrusvruchten liet de bevinding weliswaar een zelfde tendens zien, maar die is de moeite niet waard. Terecht vermoeden de onderzoekers, dat het verhoogde kankerrisico op het gehalte “secundaire plantenstoffen” terug te voeren is – in geval van de grapefruits op de zogenoemde furocoumarine. Uit dierproeven is al langer bekend, dat deze secundaire plantenstoffen onder invloed van zonlicht kankerverwekkend zijn. Ze maken de huid gevoeliger voor UV-licht straling. In zoverre komt het verhoogde melanoomrisico bij grapefruits niet als een verrassing.
Vreemd genoeg zou de consumptie van grapefruitsap geen nadelige werking hebben laten zien. Maar dat heeft een simpele verklaring; Bij de industriële vervaardiging van citrussap treden er duidelijke veranderingen in de samenstelling op, en in het eindproduct is het patroon van de furocoumarine anders geworden. Het is niet belangrijk, of dit aan de enzymbehandeling, de ionen uitruil, de membraan splitsende behandeling, het aanlengen met goedkope sappen, of de hete afvulling te danken is. Een sapje is geen vloeibare vrucht, maar een geheel eigen product.
Furocoumarinen ook in knolselderie
Maar niet alleen grapefruits bevatten kankerverwekkend furocoumarine. Een heel belangrijke leverancier van deze stof is een binnenlandse groente, de knolselderij. Na het eten van selderie en het aansluitend oponthoud in de zon komt het steeds opnieuw voor, dat de huid van de mensen verbrand en dat ze zich onder doktersbehandeling moeten stellen.
Wat volgt nu uit de grapefruit-studie? Vaklieden waarschuwen voor overhaaste reacties. Eerstens dienen de bevindingen door nadere onderzoeken bevestigd te worden, zoals het heet, voordat men concrete aanbevelingen zou kunnen geven. Mis poes – dat is al opgehelderd, omdat hierop voldoende met mensen geëxperimenteerd is: Sinds vele jaren word een combinatie van psoralen – dat is een van de twijfelachtige furocoumarinen uit de grapefruit c.q. knolselderij – en UV-A straling ter behandeling van huidziektes zoals psoriasis, gebruikt. Deze therapie bevordert echter onomstreden huidkanker. Daarvoor bestaan al meer dan genoeg harde gegevens, zowel uit Europa als uit Amerika.
Het is al zeldzaam: De relatief onschuldige grondstof van furocoumarine, het naam gevende coumarine, heeft een paar jaar geleden de consumentenbescherming wakker geschut, en ze hebben destijds luidkeels voor kaneelkoekjes gewaarschuwd. De consumptie van de eveneens coumarine houdende Waldmeister werd zelfs zo goed als verboden. Met dezelfde logica zou men in ieder geval grapefruit en selderie moeten verbieden. Limonade met Waldmeister of melkrijst-dessert met kaneel zijn een wondervol alternatief voor grapefruits of selderiereepjes.
Het heeft al zijn biologische reden, waarom kinderen liever kaneelkoekjes eten dan selderiesalade. Bedachtzame ouders kunnen inzake gezonde voeding veel van hun kroost leren. Hun lichaam reageert meestal onbedorven op culinaire uitdagingen. Smakelijk!
Literatuur:
Thesen R: Zitrusfrüchte: Konsum scheint Melanomrisiko zu erhöhen. Pharmazeutische Zeitung 2015; H.28
NetDoktor: Hautkrebs: Zitrusfrüchte machen Haut anfälliger. Meldung vom 8. 7. 2015
Wu S et al: Citrus consumption and risk of cutaneous malignant melanoma. Journal of Clinical Oncology 2015; epub ahead of print.
Lindelöf B: Risk of melanoma with psoralen/ultraviolet A therapy for psoriasis. Do the known risks now outweigh the benefits? Drug Safety 1999; 20: 289-297
Lim JL, Stern RS: High levels of ultraviolet B exposure increase the risk of non-melanoma skin cancer in psoralen and ultraviolet A-treated patients. Journal of Investigative Dermatology 2005; 124: 505-513
Cheeke P: Natural Toxicants in Feeds, Forages, and Poisonous Plants. Interstate, Danville 1998
Cancalon PF et al: Effect of maturity, processing, and storage on the furanocoumarin composition of grapefruit and grapefruit juice. Journal of Food Science 2011; 76: C543-C548
Messer A et al: Major furocoumarins in grapefruit juice I: Levels and urinary metabolite(s). Food and Chemical Toxicology 2011; 49: 3224-3231
Messer A et al: Major furocoumarins in grapefruit juice II: phototoxicity, photogenotoxicity, and inhibitory potency vs. cytochrome P450 3A4 activity. Food and Chemical Toxicology 2012; 50: 756-760
Sayre RM, Dowdy JC: The increase in melanoma: Are dietary furocoumarins responsible? Medical Hypotheses 2008; 70: 855–859
Frohne D, Pfänder HJ: Giftpflanzen. WVG, Stuttgart 2004
Rigel DS: Epidemiology of melanoma. Seminars in Cutaneous Medicine & Surgery 2010; 29: 204-209
Archier E et al: Efficacy of psoralen UV-A therapy vs. narrowband UV-B therapy in chronic plaque psoriasis: a systematic literature review. Journal of the European Academy of Dermatology and Venereology 2012; 26 (Suppl. 3): 11–21
Laosombat V et al: Glucose-6-Phosphate Dehydrogenase Variants associated with Favism in Thai Children. International Journal of Hematology 2006; 83: 139-143
Manthey JA et al: Distribution of Furanocoumarins in Grapefruit Juice Fractions. Journal of Agricultural & Food Chemistry 2005; 53: 5158-5163
Schlatter J: Furocoumarine – gut für die Pflanze, schlecht für den Menschen? Bundesamt für Gesundheit, Bern 2007