Is ons voedsel nog wat het geweest is? Deze keer neemt Udo Pollmer vitamines onder de loep. Soms zijn er meer dan honderd verschillende stoffen met een vitaminepotentie die varieert van nul tot 100, waarmee rekening gehouden moet worden. Maar zo heel precies weet niemand het. Fraudeurs maken misbruik van deze verwarring: Ze laten mensen denken dat ze absoluut extra vitamines nodig hebben.
Pollmers Mahlzeit van 29 augustus 2024
Ik hoor en lees dat de voedingsstoffen in ons voedsel aan het verdwijnen zijn. Veel vitamines, mineralen en sporenelementen zijn verdwenen, zoals vergelijkingen met oudere voedingswaardetabellen zouden aantonen. De verliezen zijn dramatisch.(1,3) Het is allemaal...
...begonnen met het overbemesten en uitputten van de bodems.
Overbemest en uitgeput is toch een vreemd idee: te veel voedingsstoffen op het veld en tegelijkertijd te weinig. Je zou kunnen zeggen dat er te veel van het een en te weinig van het andere is. Maar als belangrijke voedingsstoffen ontbreken, zullen planten noch dieren groeien. Omdat boeren willen leven van hun opbrengst, zorgen ze er meestal voor dat hun gewassen en vee goed gedijen.
Overbemesten kost geld en wordt nu door de overheid strafrechterlijk vervolgd. Tegenwoordig gebruiken ze satellieten om de hoeveelheid minerale of natuurlijke meststoffen op elk veld te bepalen door naar de vergroening van de velden te kijken. Wat rest is een gebrek aan sporenelementen. Maar meststoffen met sporenelementen zijn overal verkrijgbaar. In de doe-het-zelfzaak kunnen geïnteresseerden zich vergapen aan hele rekken waar ze voor bijna elke plant de juiste mix kunnen kopen. Voor boeren en tuiniers is dit net zo banaal als de pillen van de apotheker.
Natuurlijk is de behoefte aan sporenelementen en mineralen in de loop der decennia veranderd: Vroeger kwamen veel van deze voedingsstoffen via de lucht: de schoorstenen van afvalverbrandings- en industriële fabrieken bliezen alles ongehinderd de atmosfeer in. Niet alleen roet zweefde over het land, maar ook sporenelementen zoals zwavel uit bruinkool of zeldzame aardmetalen uit elektronisch afval.(4) Ook zorgde de toename van auto-uitlaatgassen door hun stikstofgehalte voor een betere groei van de bossen. (5)
Dit veranderde met de bestrijding van luchtvervuiling. Sindsdien bemesten boeren vooral hun koolzaadvelden met zwavel. Vroeger was dit overbodig. Sommige mensen missen de sporenelementen in de lucht, anderen zijn blij met de zuiverheid. Natuurlijk zijn er nog steeds overbemeste gebieden, vooral in natuurgebieden. Daar rotten de bomen weg zonder geoogst te worden. Met de gebruikelijke dunne humuslaag op de bosbodem sijpelt het nitraat weg en kan het, afhankelijk van de geologische ondergrond, hoge nitraatniveaus in het grondwater veroorzaken.(6)
Het is niet anders voor vee, dat ook altijd mineraalvoer en vitaminecocktails krijgt. Er zit overal iets extra’s in om er zeker van te zijn dat het genoeg is. Het risico van overdosering wordt zelden overwogen. Toch is deze gedachte niet zo vergezocht. Toen groeibevorderaars in de varkensmesterij werden verboden, voerden boeren zink als profylactische maatregel. Het werd zo overvloedig gebruikt in de stallen dat de varkensmest de velden ermee overlaadde.(7,8) Het zinkgehalte moest worden beperkt om redenen van bodem- en gezondheidsbescherming. Vooral omdat zink bij dieren en mensen snel resistentie veroorzaakt tegen gangbare antibiotica. (9)
Zo waardevol als een klein biefstukje
Neem nu selenium. Toen Amerikaanse chemici het seleengehalte van voedingsmiddelen controleerden en vergeleken met hun voedingswaardetabellen, deden ze een onaangename ontdekking. Er was vaak geen correlatie tussen de gegevens in de officiële tabellen en de gemeten gehaltes. Het was niet ongewoon dat de voedingsmiddelen tien procent of meer bevatten. En er waren aanzienlijke schommelingen: In het geval van tarwe lag het gehalte per 100 gram tussen 10 µg en 800 µg. (10) Ter vergelijking: in Duitsland wordt het seleengehalte aangegeven met 2 µg. (11) Dat is, wanneer het dan klopt, nog veel minder. Zijn onze bodems dan toch uitgeput?
De gehaltes in plaatselijk rundvlees gaan snel omhoog. Terwijl ze decennialang rond de 5 µg per 100 gram schommelden, zouden ze nu, afhankelijk van de bron, wel tien keer zo hoog zijn - een gevolg van het liberale gebruik van sporenelementen in de landbouw. Met de bovengenoemde fluctuatiemarges zijn de gemiddelde waarden in de tabellen net zo informatief als gebloemd toiletpapier.
Volgens het Duitse Voedingscentrum (DGE) hebben vegetariërs een lagere seleeninname dan normale mensen. Welke seleniumleverancier raadt onze professionele organisatie dan aan? Juit! “Broccoli” is hun eerste keuze. (12,13) Helaas bevat het bijna geen seleen; volgens de voedingswaardetabel waarnaar de DGE verwijst, is het gehalte 700 ng per 100 gram - nanogrammen! (11) Een vochtige scheet is voedzamer. Maar misschien heeft het getal van 700 de vakwereld verblind?
Trouwens: seleen zit ook in chocolade. Volgens het Max Rubner Instituut bevat het met 33 µg/100 g 50 keer meer dan broccoli. (14) Zelfs als je uitgaat van de lagere waarden van het Federale Bureau voor Consumentenbescherming en Voedselveiligheid, is een hele reep even waardevol als een kleine biefstuk. (15) Waarom raadt de DGE vegetariërs niet aan om elke dag een reep vollemelk chocolade met nootjes te tenin plaats van bittere koolgroenten?
Om je haren uit je hoofd te trekken
Met het oog op de snelle stijging van de gehaltes in voedingsmiddelen is de vraag gewettigd, of het al niet teveel van het goede is? De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) heeft onlangs de veilige inname bovengrens voor volwassenen verlaagd van 300 naar 255 μg per dag op basis van een grote gerandomiseerde, gecontroleerde studie (SELECT). (16) In ieder geval bestaat er bij chocolade geen gevaar voor een overdosis.
Dat ligt anders voor Amerikaanse tarwevlokken met 800 µg per 100 gram. Wie zijn kinderen elke dag muesli geeft, stelt ze bloot aan onnodige gezondheidsrisico's. Want bij 800 µg seleen per dag werden al chronische vergiftigingen vastgesteld, aldus de DGE in 2000. (18)
De eerste tekenen van een overdosis zijn een onzuivere huid, kapotte nagels en haaruitval. Maar dit is precies waarvoor “selenium” bij voorkeur wordt ingenomen. In een 5 jaar durende interventiestudie met 300 µg extra selenium per dag nam de mortaliteit toe. Het fatale effect hield tien jaar lang aan, ook zonder supplementen. (19)
Het spanningsveld tussen voordeel en vergiftiging is verdomd klein. Dit is al langer bekend uit de diervoeding: al in 1998 waarschuwde het Zwitserse voedingsrapport: “Afhankelijk van de natuurlijke seleniumconcentraties in voer, wordt wereldwijd een tekort of vergiftiging waargenomen bij vee.” (20) Wees dus voorzichtig met ondoordachte aanbevelingen.
In plaats van de gebruikelijke “behoeftecijfers” is er een “adequate inname” voor selenium. De reden voor het subtiele onderscheid: deze laatste wordt door de DGE geschat op basis van “geschatte waarden”. In 2000 was de “adequate inname” nog 30 tot 70 µg per dag. (18) Dat was al twee keer zoveel als de WHO had aanbevolen. (21) Tegenwoordig geldt als onderste waarde 60 µg in plaats van 30 µg, dus “geschat” door de DGE. Ik schat dat het allemaal onzin is.
Dat de zogenaamd veilige bovengrens bijna geruisloos door de EU werd verlaagd laat zien dat iemand hier argwaan heeft gekregen. Maar niet onder de indruk van de toxicologische risico’s en tegelijk aandringen op een goede verzorging, wordt er ijverig geadverteerd met supplementen, wordt de bodem onomkeerbaar vervuild met selenium en krijgt het vee seleniumverrijkt voer voorgeschoteld. Daarbij bevatten de preparaten, net zoals levensmiddelen en voer, een breed scala aan verschillende seleniumverbindingen, allemaal met andere effecten, maar allemaal gelabeld als “selenium”.
Op naar Afrika!
Het gehalte in voedsel is één ding, absorptie in het spijsverteringskanaal is iets anders. Veel elementen beïnvloeden elkaar: zink vertraagt de seleniumabsorptie en selenium vertraagt de zinkabsorptie. (22) Dit is een van de redenen waarom diabetici soms baat hebben bij zinksupplementen: Een verhoogde seleniumopname wordt al lang beschouwd als een oorzaak van diabetes. (23, 28) Dierstudies hebben aangetoond dat het antioxiderende effect van selenium (via glutathionperoxidase) verantwoordelijk is voor insulineresistentie. (29)
Een proef op mensen met seleniumrijke vis had geen effect op het seleniumgehalte in het bloed. (30) In Noorwegen vroeg men zich af waarom de burgers ondanks een vrij matige inname seleniumgehaltes in het bloed hadden die tot de hoogste van Europa behoorden. (31) In Finland moesten de lage seleniumgehaltes in landbouwgrond binnen 20 jaar worden verdubbeld door middel van een landelijke bemestingscampagne. Na twee jaar waren ze al verdrievoudigd. (32) Selenium is onvoorspelbaar.
Hoewel Duitsland, en eigenlijk heel Europa, door de dealers is uitgeroepen tot een “selenium-tekortgebied”, hebben de Duitsers volgens onderzoeken van het Max Rubner Instituut een goede seleniumvoorziening. (14) Maar er zijn natuurlijk ook tekortgebieden. De DGE noemt in de eerste plaats de hoogten van Centraal-Afrika. (13) Daar zouden hun smaakvol geklede diëtisten zeker een pittoreske verrijking van het landschap zijn.
"Ware waarden“
Op het internet klinken onophoudelijk de bezwerende oproepen van influencers en posten over gezondheid staan vol met het irritante getjilp van voedingsdeskundigen die beweren dat de voedingswaarden de afgelopen 100 jaar drastisch gedaald zijn. Ze vergelijken voedingswaardetabellen van vroeger met nieuwe werken. Uit het grote aantal voedingsmiddelen pikken ze er een paar uit met de juist passende inhoudstoffen en laten het verlies zien. Soms lijkt het verlies gigantisch, soms is het maar een paar procent, wat alleen al te wijten zou zijn aan meet onnauwkeurigheden (1, 3) Maar ze versterken de indruk, dat het overal minder zou worden.
Als beweerd wordt dat appels nu nog maar 1 milligram vitamine C per 100 gram bevatten in plaats van 5, mikken de adviseurs op de onwetendheid van het publiek. Het vitamine C-gehalte van appels hangt af van de variëteit. Er zijn variëteiten die rijk en arm zijn aan vitamine C, net zoals er variëteiten zijn met rode appelwangen en variëteiten met een lichtgroene kleur. Het is natuurlijk ook een kwestie van bewaren. Vergelijkbare resultaten vereisen hetzelfde oogstjaar, dezelfde variëteit en opslag. Vandaag zit er nog evenveel in als toen opa nog jong was. (33) Nieuwe variëteiten vertonen hetzelfde vitamine C-gehalte als de oude. (34)
Of: Het calciumgehalte van fruit hangt niet af van het uitlogen van de grond, maar van het feit of de oogst behandeld is met calcium om de houdbaarheid te verlengen. Het natriumgehalte geeft aan of de appels blootgesteld werden aan een zoute zeewind, zoals in het Alten Land, of dat ze vanaf het Bodenmeer mochten reizen. Dit heeft absoluut niets te maken met een gebrek aan voedingswaarde.
Laten we niet vergeten dat gegevens uit de begintijd van de analyse niet vergeleken kunnen worden met de resultaten van vandaag. De analitiek heeft zich in de laatste 100 jaar enorm ontwikkeld en collega's hebben voortdurend nieuwe, betrouwbaardere methoden bedacht om sporen in voedsel op te sporen. Elke vakman wist dat hun resultaten geen “ware waarden” waren, maar waarden die gereproduceerd konden worden met behulp van een gedefinieerde methodologie. De laboratoriummethoden uit het verleden verschillen net zo veel van de methoden van vandaag als de eerste gemotoriseerde koets van een Formule 1-bolide.
Allemaal onzin
Ook op het gebied van verwerking is zo goed als niets vergelijkbaar. Een kwark van vandaag heeft een andere samenstelling dan die van 60 jaar geleden. (35) Niet omdat de melk waardeloos is of omdat de koe overgefokt is, maar omdat klanten het goedkopere product kochten, bij voorkeur dat met meer water erin. Omdat het calorieën armer was! Hoe minder calorieën, hoe minder voedzaam het product is. En voedingsdeskundigen klagen al over een gebrek aan voedingsstoffen veroorzaakt door een gewetenloze industrie. En toch hebben zij, als bedenkers van de dieetrage, altijd aanbevolen om op calorieën te letten.
Om de devaluatie van ons voedsel door de industrie te bewijzen, moeten we listig te werk gaan: Vergelijk de hoogste seleniumgehaltes in Amerikaanse tarwe, met 800 µg per 100 gram, met de laagste - dat waren vlokken uit een grote mueslifabriek met 10 µg. Iedereen kan zien hoe Amerikaanse bedrijven ons voedsel verknoeien. In werkelijkheid weerspiegelen mueslivlokken gewoon het seleniumgehalte van de bodem. De plant is er niet in geïnteresseerd omdat ze er geen baat bij heeft en er ook geen schade van ondervindt. Ze nemen selenium op volgens het gehalte in de bodem. (16)
Hoe komen we in het licht van deze verwarring aan objectieve resultaten over de seleniumvoorziening of -blootstelling, laten we zeggen, in de tijd vóór de industrialisatie? Heel eenvoudig: in Engeland. Op het beroemde Rothamsted Agricultural Experiment Station worden al sinds 1844 teeltproeven uitgevoerd. De analyse van de bewaarde monsters toonde aan dat het seleniumgehalte in tarwe met bepaalde schommelingen toenam vanaf het begin van de proeven tot 2007, de datum van de analyse. Dit toont aan dat selenium een antropogene milieuvervuiler is, waarschijnlijk door de winning en verbranding van steenkool in vroegere tijden. (36)
De gegevens van Rothamsted laten zien dat het niet uitmaakte of en hoe er bemest werd, of er moderne hoogproductieve variëteiten geteeld werden of oude landrassen. Het seleniumgehalte werd er niet door beïnvloed. (37) In Zuid-Spanje werd aangetoond dat het seleniumgehalte van de oogsten van jaar tot jaar sterk verschilde, zonder herkenbare invloed van de teeltmethode of de hoeveelheid regen. (38)
Is selenium dan nergens goed voor?
Ja,wel. Het element is effectief bij de zogenaamde ziekte van Keshan, die voorkomt of is voorgekomen in afgelegen gebieden van China, Noord-Korea, het Verre Oosten van Rusland en Zuid-Afrika. (39, 41) Het gaat om vergiftiging door beschimmelde rijst, rotte maïs of beschimmelde gierst. (42, 43) De verantwoordelijke cardiotoxische mycotoxinen heten citreoviridine en moniliformine. (44, 46) In tijden van voedselschaarste eten arme bevolkingsgroepen ook beschimmelde voorraden.
Nu is er een zeer vergelijkbare ziekte van het hart, Shoshin kakke, ook bekend als cardiale beriberi. (47) Het wordt geassocieerd met de ziekte van Keshan. (46, 48) Het tegengif voor beriberi heet thiamine. De bekende vitamine B1 ondersteunt de lever bij het ontgiften. (49) Thiamine is ook effectief bij Keshan-patiënten. (50) Moniliformine remt net als citreoviridine pyruvaatdehydrogenase en vermoedelijk ook α-ketoglutaraatdehydrogenase, die beide thiamineafhankelijk zijn. (51) Het schimmeltoxine remt ook hartglutathionperoxidase. (52) Juist hier heeft selenium een ontgiftende werking, omdat het een onderdeel is van het katalytisch centrum van het enzym.
Selenium is een goed tegengif voor deze mycotoxicose. De mercantiele theorie dat seleniumgebrek de oorzaak is van de ziekte van Keshan wordt uitgesloten omdat de ziekte een seizoensgebonden patroon vertoont. (53) De ziekte treedt op in de late winter en de lente, wanneer de omstandigheden gunstig zijn voor schimmelgroei tijdens de opslag in hutten. (54) Als seleniumgebrek de oorzaak zou zijn, dan is een tekort aan Aspirine® de oorzaak van hoofdpijn.
Ten prooi vallen aan rovers
Veel mensen zijn ervan overtuigd dat ze tekortgekomen zijn, en geloven dat hun notoire slechte humeur, vulgo vegetatieve dystonie, te wijten is aan boeren die hun land uitbuiten of sinistere bedrijven die de nu verarmde oogsten nog verder devalueren. Suiker in het bijzonder is een stelende metgezel in de waanwerelden van verbeten gezondheidseters. Het steelt waar het maar kan, bij voorkeur vitaminen en mineralen. In werkelijkheid wordt het volledig verteerd: tot kooldioxide en water. Het kan dus niets meenemen. Er blijft niets over en er ontbreekt ook niets.
Volkoren daarentegen geeft zijn mineralen en sporenelementen niet in de darm af, omdat ze stevig gebonden zijn in de zemelen. Met ingrediënten zoals fytine zijn volkoren granen zelfs in staat om mineralen uit de spijsverteringsbrij te vissen en ze met de zemelen uit te scheiden. Volkoren wordt op grond van zeer onplezierige ervaringen uit het verleden beschouwd als gebreksvoeding. (55, 59) Het veroorzaakt tekorten, vooral in zink, maar verwijdert ook andere elementen zoals magnesium of selenium. (60, 61) De verliezen door gezonde voeding zijn, dankzij fytine en plantenvezels, aanzienlijk.
Inzoverre zijn er zeker situaties waarin gerichte toediening van een mineraal of spoorelement nuttig is. Vooral bij een “gezond dieet” komen tekorten niet als een verrassing. Regelmatige consumptie van laxeermiddelen sluist ook zink weg. (62) Een tekort is vaak het gevolg van een overmaat van een tegenhanger die als supplement wordt geconsumeerd. Een teveel aan calcium veroorzaakt bijvoorbeeld een tekort aan fosfaat en omgekeerd. Soms worden mineralen ook therapeutisch voorgeschreven: Magnesium is bijvoorbeeld effectief tegen krampen, zelfs als er geen tekort bestaat.
Literatuur
1. Mayer AMB et al: Historical changes in the mineral content of fruit and vegetables in the UK from 1940 to 2019: a concern for human nutrition and agriculture. International Journal of Food Sciences and Nutrition 2022; 73: 315-326
2. Thomas D: The mineral depletion of foods available to us as a nation (1940-2002) - a review of the 6th Edition of McCance and Widdowson. Nutrition Health 2007; 19: 21-55
3. Bhardwaj RL et al: An alarming decline in the nutritional quality of foods: The biggest challenge for future generations' health. Foods 2024; 13: e877
4. Göttlein A et al: Schwefel – vom Überschuss zum Mangel. AFZ Der Wald 2020; (9): 31-33
5. Anon: Dünger aus der Luft. Warum Schadstoffe auch nutzen können. Scinexx vom 8. Dez. 2006
6. Pollmer U et al: EU.L.E. auf Entenjagd. Öko-Ente Nr. 2: „Nitrat im Grundwasser ist menschengemacht“. EU.L.E.n-Spiegel 2018; (Extrablatt): 4
7. Bednorz C et al: The broader context of antibiotic resistance: zinc feed supplementation of piglets increases the proportion of multi-resistant Escherichia coli in vivo. International Journal of Medical Microbiology 2013; 303: 396-403
8. Yazdankhah S et al: Zinc and copper in animal feed - development of resistance and co-resistance to antimicrobial agents in bacteria of animal origin. Microbial Ecology in Health and Disease 2014; 25: e25862
9. Lees P et al: A history of antimicrobial drugs in animals: Evolution and revolution. Veterinary Pharmacology and Therapeutics 2021; 44: 137-171
10. Keck AS, Finley JW: Database values do not reflect selenium contents of grain, cereals, and other foods grown or purchased in the upper Midwest of the United States. Nutrition Research 2006; 26: 17-22
11. Souci/Fachmann/Kraut: Die Zusammensetzung der Lebensmittel – Nährwert-Tabellen. WVG, Stuttgart 2024
12. Kipp AP et al: Revised reverence values for selenium intake. Journal of Trace Elements in Medicine and Biology 2015; 32: 195-199
13. DGE Wissenschaft Gesunde Ernährung: Ausgewählte Fragen und Antworten zu Selen. Dge.de abgerufen am 11. August 2024
14. Liaskos M et al: First review on the selenium status in Germany covering the last 50 years and on the selenium content of selected food items. European Journal of Nutrition 2023; 62: 71–82
15. BVL (Hrsg): Berichte zur Lebensmittelsicherheit 2008: Lebensmittel-Monitoring. Birkhäuser, Basel 2009
16. EFSA Panel on Nutrition, Novel Foods and Food Allergens: Scientific opinion on the tolerable upper intake level for selenium. EFSA Journal 2023; 21: e7704
17. Yang G et al: Studies of safe maximal daily dietary Se-intake in a seleniferous area in China. Part II: Relation between Se-intake and the manifestation of clinical signs and certain biochemical alterations in blood and urine. Journal of Trace Elements and Electrolytes in Health and Disease 1989; 3: 123-130
18. DGE: Referenzwerte für die Nährstoffzufuhr. Umschau/Braus, Frankfurt/Main 2000
19. Hadrup N, Ravn-Haren G: Toxicity of repeated oral intake of organic selenium, inorganic selenium, and selenium nanoparticles: A review. Journal of Trace Elements in Medicine and Biology 2023; 79: e127235
20. Zimmerli B et al: Selenversorgung der schweizerischen Bevölkerung. Schweizerischer Ernährungsbericht 1998; 74-86
21. WHO/FAO: Vitamin and mineral requirements in human nutrition. 2nd Ed. 2004
22. House WA, Welch RM: Bioavailability of and interactions between zinc and selenium in rats fed wheat grain intrinsically labeled with 65Zn and 75Se. Journal of Nutrition 1989; 119: 916-921
23. Stranges S et al: Effects of long-term selenium supplementation on the incidence of type 2 diabetes: a randomized trial. Annals of Internal Medicine 2007; 147: 217-223
24. Stranges S et al: A prospective study of dietary selenium intake and risk of type 2 diabetes. BMC Public Health 2010; 10: e564
25. Steinbrenner H et al: High selenium intake and increased diabetes risk: experimental evidence for interplay between selenium and carbohydrate metabolism. Journal of Clinical Biochemistry and Nutrition 2011; 48: 40-45
26. Ma R et al: Selenium, type-2 diabetes, and the possible protective role of vitamin D. Biomedical and Environmental Sciences 2024; 37: 661-665
27. Li F et al: Association of dietary selenium intake with type 2 diabetes in middle-aged and older adults in China. Nutrients 2024; 16: e2367
28. Pyrzynska K, Sentkowska A: Selenium species in diabetes mellitus type 2. Biological Trace Element Research 2024; 202: 2993–3004
29. McClung JP et al: Development of insulin resistance and obesity in mice overexpressing cellular glutathione peroxidase. PNAS 2004; 101: 8852-8857
30. Meltzer HM et al: Different bioavailability in humans of wheat and fish selenium as measured by blood platelet response to increased dietary Se. Biological Trace Element Research 1993; 36: 229–241
31. Meltzer HM et al: Supplementation with wheat selenium induces a dose-dependent response in serum and urine of a Se-replete population. British Journal of Nutrition 1992; 67: 287-294
32. Aro A et al: Effects of supplementation of fertilizers on human selenium status in Finland. Analyst 1995; 120: 841-843
33. Höhn E et al: Waren Früchte früher wirklich nährstoffreicher? Agrarforschung Schweiz 2004; (2): 28-34
34. Bianchi F et al: L-ascorbic acid and α-tocopherol content in apple pulp: a comparison between 24 cultivars and annual variations during three harvest seasons. International Journal of Food Properties 2020; 23: 1624–1638
35. Pollmer U: Milch: Nur der Schein ist wirklich rein. EU.L.E.n-Spiegel 2009; (2): 3-20
36. Bullock LA et al: High selenium in the carboniferous coal Measures of Northumberland, North East England. International Journal of Coal Geology 2018; 195: 61-74
37. Fan MS et al: Historical changes in the concentrations of selenium in soil and wheat grain from the Broadbalk experiment over the last 160 years. Science of the Total Environment 2008; 389: 532-538
38. López-Bellido FJ et al: Wheat grain selenium content as affected by year and tillage system in a rainfed Mediterranean vertisol. Field Crops Research 2019; 233: 41-48
39. Bottalico A: Fusarium diseases of cereals: Species complex and related mycotoxin profiles in Europe. Journal of Plant Pathology 1998; 80: 85–103
40. Aro A et al: Factors affecting the selenium intake of people in Transbaikalian Russia. Biological Trace Element Research 1994; 40: 277-285
41. Zhu Y et al: Long-term prognostic value of major and minor ECG abnormalities in latent Keshan disease with suspect chronic Keshan disease. Journal of Epidemiology 2014; 24: 385-391
42. Carvajal-Moreno M: Mycotoxins that affect the human cardiovascular system. Pharmaceutica Analytica Acta 2015; 6: e5
43. Ji Z: Assay of moniliformin content in household grains from families in patients with Keshan disease. National Medical Journal of China 1991; 71: 14-15
44. Uchiyama Y et al: Electrophysiological effect of citreoviridin on human induced pluripotent stem cell-derived cardiomyocytes. Food Hygiene and Safety Science 2022; 63: 210-217
45. Peralta Sanhueza CE, Degrossi MC: Moniliformin, a Fusarium mycotoxin. Revista Mexicana de Micología 2004; 19: 103-112
46. Wagner da Rocha M et al: Purification and full characterisation of citreoviridin produced by Penicillium citreonigrum in yeast extract sucrose (YES) medium. Food Additives & Contaminants: Part A 2015; 32: 584–595
47. Ueno Y, Ueno I: Isolation and acute toxicity of citreoviridin. a neurotoxic mycotoxin of Penicillium citreo-viride Biourge. Japanese Journal of Experimental Medicine 1972; 42: 91-105
48. Rosa CAR et al: Production of citreoviridin by Penicillium citreonigrum strains associated with rice consumption and beriberi cases in the Maranhão State, Brazil. Food Additives & Contaminants: Part A 2010; 27: 241-248
49. Datta SC, Ghosh JJ: Production and purification of Penicillium citreoviride toxin and its effect on TPP-dependent liver transketolase. Folia Microbiologica 1981; 26: 408-412
50. Feng C et al: Citreoviridin induces myocardial apoptosis through PPAR-γ-mTORC2-mediated autophagic pathway and the protective effect of thiamine and selenium. Chemico-Biological Interactions 2019; 311: e108795
51. Chen LY: A study on the inhibition of rat myocardium glutathione peroxidase and glutathione reductase by moniliformin. Mycopathologia 1990; 110: 119-124
52. Bertuzzi T et al: Co-occurrence of moniliformin and regulated fusarium toxins in maize and wheat grown in Italy. Molecules 2020; 25: 2440
53. Sung SZ: Relationship between seasonal prevalence of Keshan disease and hair selenium level of local inhabitants. Chinese Journal of Preventive Medicine 1980; 14: 17-19
54. Keshan Disease Research Group: Epidemiologic studies on the etiologic relationship of selenium and Keshan disease. Chinese Medical Journal 1979; 92: 477-482
55. Robertson I et al: The role of cereals in the aetiology of nutritional rickets: the lesson of the Irish national nutrition survey 1943-8. British Journal of Nutrition 1981; 45: 17-22
56. Parsons TJ et al: Reduced bone mass in Dutch adolescents fed a macrobiotic diet in early life. Journal of Bone and Mineral Research 1997; 12: 1486-1494
57. Bergstrom WH: When you see rickets, consider calcium deficiency. Journal of Pediatrics 1998; 133: 722-724
58. Halsted JA et al: Zinc deficiency in man: the Shiraz experiment. American Journal of Medicine 1972; 53: 277-284
59. Manary MJ et al: Zinc homeostasis in Malawian children consuming a high-phytate, maize-based diet. American Journal of Clinical Nutrition 2002; 75: 1057-1061
60. Gibson RS et al: Implications of phytate in plant-based foods for iron and zinc bioavailability, setting dietary requirements, and formulating programs and policies. Nutrition Reviews 2018; 76: 793-804
61. Garcia-Conde U et al: Selenium bioaccesibility after in vitro digestion/fermentation of foods differs in adults and children. Food Bioscience 2024; 59: e103964
62. Rivlin RS: The clinical significance of micronutrients in relation to immune functions. Annals of the New York Academy of Sciences: 1990; 587: 55-58