Een artikel van Udo Pollmer, Levensmiddelenchemicus
Eten we daadwerkelijk “te veel“ en “steeds meer“ vlees? In deze lezenswaardige bijdrage word de moderne klimaathuichelaar eindelijk eens over psychologische processen voorgelicht. Veel plezier bij het lezen.
=> Schweizer Monat: Der Kampf gegen Fleischgenuss
Dierlijke producten zijn ongezond en schadelijk voor het klimaat, willen „experten" ons wijsmaken. Maar ze...
...gaan creatief om met de feiten.
De vraag of mensen echt "zoveel vlees" nodig hebben is net zo zinnig als de vraag of we echt zoveel moeten ademen. Zelfs zuurstof kan worden omschreven als een "beperkte hulpbron". Het is sowieso niet goed voor ons. In het lichaam ontstaan radicalen, waarvan de typische vitaminepillenlezer meent dat ze ziekte, ouderdom en dood betekenen. Onbekommerd ademt de burger erop los, alsof er geen morgen meer bestaat, en "belast" daarbij het milieu ook nog eens met kooldioxide. De klimaatbeschermer houdt vaak zijn adem in, zeker wanneer hij dure CO2-certificaten aan moet schaffen.
Het is zo gemakkelijk om narritieven te construeren, waarom de burger iets moet worden ontzegd. Het maakt niet uit wat - het is altijd "te veel". Volgens het Duitse Voedingscentrum zou 10 gram vlees per persoon per dag veel "gezonder" zijn dan de 60 gram, die de bevolking tegenwoordig gemiddeld eet. Maar zelfs dat zal al snel "te veel" zijn.
Wanneer vlees zo "ongezond" zou zijn, wat gebeurt er dan met de nomadenvolken die praktisch alleen leven op vlees, melk en bloed van hun kuddes? Er gedijt niets anders op savannen, hoogvlaktes, poolgebieden of alpenweiden. Wanneer mensen ziek zouden worden van vlees, dan zouden burgers in Amerika, in Hong Kong of Argentinië met hun hoge consumptie op krukken moeten lopen.
Het spijsverteringskanaal legt de zwendel bloot
Het lichaam werkt altijd economisch. Voedingsmiddelen met een minimale verteringsinspanning en een maximale voedingsstoffenopbrengst zijn optimaal: gehakstaafjes van de gril zijn licht verteerbaar omdat ze in stukjes zijn gehakt en gebakken. Of chocolade: suiker, melkpoeder, cacaovet - dat alleen al is een zeer voedzaam, optimaal mengsel van licht verteerbare koolhydraten, dierlijk eiwit en energierijk vet. Als bijzonderheid komen daar nog psychotrope stoffen bij, die tijdens het concheren uit de mix en het cacaopoeder ontstaan. Ze beuren de stemming op.
Het lichaam ervaart al tijdens de kinderjaren de werking van voedsel door de smaak, geur en het mondgevoel. Hoe groter het fysiologische voordeel, hoe groter later de trek er in. Als beloning voor het handelen op een biologisch correcte manier, geeft het lichaam op zijn beurt signalen van tevredenheid. Maar omdat het metabolisme van mensen tot op zekere hoogte variabel is, kan niet iedereen melk, appels of rode wijn verdragen. Maar wanneer hamburgers, steaks of gesneden vlees over heel de wereld in trek zijn, is dat een duidelijk signaal dat dit voedsel bij mensen past.
"Ethische" voedingswijzen ontpoppen zich snel als hypes, bijvoorbeeld wanneer veganistisch voedsel wordt aangeboden als "Wienerle", hoewel het handelt om dunne buisjes met gestruktueerde sojabrij. Of wanneer kikkererwtenpuree in zandbakvormpjes wordt geperst en geïmpregneerd met rookaroma en chilipeper om veganistische "BBQ-filet" te worden genoemd. Op deze manier bevestigt de doelgroep dat vlees en worst de maat der dingen zijn, daarom draaien hun verlangens.
Het lichaam kan het „gezonde“ vaak niet eens opnemen. Ook kiezels bevatten 'waardevolle mineralen', maar wie braaf stenen slikt, optimaliseert daarmee zijn mineralenhuishouding niet.
Wanneer het zou lukken, om uit "veganistische" grondstoffen bedrieglijk echt uitziende schitzels te maken, zou je er niets mee winnen: Zelfs als de klant niets verdachts proeft, zal zijn spijsverteringskanaal de zwendel ontdekken en verliest geleidelijkaan zijn eetlust. Het enterische zenuwstelsel in de darm laat zich niet zo gemakkelijk om de tuin leiden als het gehemelte. Het idee dat men de consument per smaakdesign van alles in de maag kunt splitsen, is uit zicht van veel experts alleen maar logisch, biologisch echter alleen maar dom.
Niet alle eiwitten zijn even waardevol
Alle aminozuren, die de mens nodig heeft, zitten ook in plantaardige grondstoffen, volgens een credo van veganisten. Dat is waar, maar niet waarachtig, want het lichaam kan het „gezonde“ vaak helemaal niet opnemen. Ook kiezelstenen bevatten "waardevolle mineralen", maar wie braaf stenen slikt, optimaliseert daarmee zijn mineralenhuishouding niet.
Vind u dit overdreven? Laten we dan eens kijken naar de graanpropaganda die nooit moe wordt om de lof te zingen van de "waardevolle" mineralen in tarwekorrels als plantaardige "schatkamer". Helaas steken er in de buitenste lagen enkele substanties, die mineralen zo sterk binden, dat het menselijk lichaam ze niet kan benutten.Hier geldt de oude regel: Garbage in, garbage out.Tot overmaat van ramp binden deze stoffen ook nog mineralen, die zich in broodbeleg of muesli-ingrediënten bevinden. Ze vissen ze uit de voedselbrij in het spijsverteringskanaal. Inzoverre is volkoren voor de mens een gebrekkig voedingsmiddel, in tegenstelling tot het zogenaamd waardeloze witte meel.
De afweerstoffen zijn het grote probleem van de plantaardige voeding. Dieren kunnen wegrennen of bijten. Planten kunnen dat niet. Ze proberen de eetlust van hun roofdieren te bederven en de voedingswaarde onbruikbaar te maken. Daarom hebben planteneters, in tegenstelling tot mensen, een veel uitgebreider spijsverteringskanaal om groenten te ontgiften. Bij dierlijke producten vervalt dit inspannende spijsverteringswerk, omdat ze vrij van afweerstoffen zijn.
Sommige planten proberen het misbruik maken van hun eiwitten in te perken. Daarom produceren ze giftige aminozuren, die het dier en dus ook het menselijk organisme niet herkent. Dit kan nare gevolgen hebben, vaak neurologische ziekten zoals lathyrisme door bepaalde peulvruchten. Soja is geen uitzondering. Studies uit Azië tonen aan dat tofu dementie bevordert. Plantaardig eiwit is dus heel wat anders dan dierlijk eiwit.
De leer van het "worstgif
Naast giftige aminozuren bevatten eiwitrijke zaden zoals peulvruchten of granen zogenaamde enzyminhibitoren. Het is hun taak om de spijsvertering te blokkeren. Amylasereinhibitoren veroorzaken winderigheid en bij proteaseinhibitoren lijdt de eiwitvoorziening eronder. De clou is dat de inhibitoren zelf eiwitten zijn, maar onverteerbare. Tot overmaat van ramp bevatten juist zij de "essentiële aminozuren". Soja is daar bijzonder rijkelijk mee gezegend. Het ongezonde spul verschijnt op de voedingstabellen als waardevol eiwit. Wat een schande!
Niet de analytische kengetallen in tabellen zijn doorslaggevend, maar de biologische functie. Bij dierlijke voedingsmiddelen gaat het voedingsadvies precies andersom te werk en ondermijnt de waarde ervan: in het geval van worst en vlees worden geen ballaststoffen meer genoemd, hoewel deze aloude voedingsmiddelen bindweefsel zoals pezen bevatten. Deze worden slechts langzaam afgebroken in de darm en zijn dus per definitie "oplosbare ballaststoffen". Oplosbare vezels worden overigens beschouwd als gunstiger voor de gezondheid dan onoplosbare plantaardige vezels.
Een indrukwekkend voorbeeld van hoe misleidend berekeningen van voedingswaarden zijn, wordt geleverd door microbiële eiwitten zoals botulinus toxine, vroeger "worstengif" genoemd werd. Het bevat een overvloed aan "essentiële aminozuren". Het eiwit is volgens voedingswetenschappers "hoogwaardig" - en absoluut dodelijk. Een soepterrine vol zou, puur rekenkundig gezien, volstaan om de hele mensheid van het hier in het hiernamaals te helpen. Degenen die de goedkope "voedingswaarden" hanteren voor de menuplanning, brengen de volksgezondheid in gevaar.
"Vleeseters scheiden minder methaan uit dan planteneters. Wolven zijn daarom betere klimaatbeschermers dan schapen of veganisten."
Udo Pollmer
Olifanten trompetteren voor het klimaat
De meeste beschuldigingen tegen vlees zijn onjuist; ideologisch gefixeerde "commissies" leggen onder veel mediagekakel intellectuele windeieren, zoals de simpele bewering dat vlees kanker zou bevordert. Bijzonder kras zijn klimaatbalansen. Zo zouden runderen bijvoorbeeld steeds grotere hoeveelheden methaan uitstoten, hoewel hun aantallen wereldwijd al lange tijd op een constant niveau liggen. Daarentegen wordt de methaanuitstoot van talloze planteneters in het wild, zoals olifanten, paarden of gazellen, als onbeduidend afgedaan.
Daarbij vreet een olifant ongeveer tien keer zoveel als een koe en stoot overeenkomstig veel methaan uit. Maar in de ogen van klimaatbeschermers dient zijn spijsvertering, o wonder, om het klimaat te redden. Als de bosolifant het kreupelhout vertrapt, creëert hij ruimte voor nieuw groen en zijn uitwerpselen bevorderen de plantengroei, waardoor koolstof wordt gebonden.
Runderen daarentegen decimeren zeldzame kruiden in de Alpen en dragen zo bij aan het uitsterven van soorten, vernietigen de gevoelige graslaag, vervuilen de gezonde berglucht met methaan en via zijn koeienflatsen het water met nitraat.
Als het aan het Internationaal Monetair Fonds ligt krijgen Centraal-Afrikaanse bosolifanten binnenkort klimaatcertificaten, oftewel geld: 1,75 miljoen dollar per slurf. Om het benodigde geld bij elkaar te krijgen, zouden de Europese boeren veel CO2-belasting moeten dokken voor hun vee. Zwitserland wil niet aan de zijlijn blijven staan. Daar zullen de gelukkige dikhuiden als dank luid trompetteren, totdat de oren van de Zwitserse boeren tuiten. Waar het geld werkelijk terechtkomt – maar weinig olifanten hebben een bankrekening - is een open vraag.
Zoeken naar sporengassen in het eeuwige ijs
Het sporengas methaan herbergt een goed bewaard geheim: het verdwijnt relatief snel uit de atmosfeer omdat het wordt afgebroken. Daarom moeten we ons afvragen waarom de niveaus over lange perioden min of meer gelijk zijn gebleven. Het antwoord is eenvoudig: zoals het Max Planck Instituut in 2006 aantoonde, produceren planten jaar na jaar honderden miljoenen tonnen methaan.1 Het resultaat werd experimenteel door andere onderzoeksgroepen bevestigd. De enorme hoeveelheden methaan uit planten worden niet meegenomen in de klimaatbalansen. Dit verklaart ook, waarom er boven het Regenwoud hoge methaanniveaus werden gemeten.
Zelfs wanneer men het heeft over een "wereldwijde methaanconcentratie", is de samenstelling van de lucht niet overal hetzelfde. Geen enkele windturbine wervelt de atmosfeer gelijkmatig rond. Methaan gast uit de aardkorst, uit rivieren en oceanen, uit termietenholen, uit rijstvelden en van stortplaatsen. Microben zitten overal, die ofwel methaan eten of ze produceren nieuw methaan. De waarden zijn 's ochtends anders dan 's avonds, in de zomer anders dan in de winter. Er zijn hotspots in de Sahara en aan de kust van Groenland. Volgens satellietonderzoeken worden de hoogste waarden gevonden boven Noord-India, Zuid-China en Noord-Afrika. Te veel heilige koeien? Te veel kamelen in de woestijn? Te veel rijstgerechten in China? Niet het verkeer, maar het verbouwen van rijst is in Azië de grootste methaanproducent. So what!
De anti-vleeslobby wijst graag op de niveaus in het eeuwige ijs, waar de atmosferische gegevens over duizenden jaren zijn opgeslagen. Men kan de gassen laag voor laag analyseren en zo de trend herkennen. Belachelijk! Hoe lang kan voedsel worden bewaard in een vriezer - d.w.z. onveranderd stabiel blijven? Duizenden jaren, tienduizenden jaren of liever één of twee jaar? Het eeuwige ijs wordt blootgesteld aan weer en wind, de zon, stof en tektonische bewegingen. Deze veroorzaken op hun beurt diepe scheuren. Daar zit meer beweging in dan in het vriesvak van uw koelkast.
Wat doen gassen in poreus materiaal? Ze gassen uit, ze reageren met de matrix, ze worden afgebroken door microben. Hoe dieper, hoe ouder de laag, hoe hoger de verliezen. Dat was vroeger algemeen bekend onder glaciologen. Het is verdwenen, vergeten. Nu neemt het methaan steeds meer toe, naarmate we dichter bij het heden komen. En wie is daaraan schuldig? De consumenten van yoghurt en cervelaat!
Tenminste één bewering van de klimaathypocrieten is waar: carnivoren scheiden minder methaan uit dan planteneters. Volgens deze bewering zijn wolven dan betere klimaatbeschermers dan schapen of veganisten: de universiteit van Graz heeft de uitlaatgassen van mensen geanalyseerd. Bij hoofdzakelijk plantaardige voeding stijgt de methaanuitstoot vaak dramatisch vergeleken met het voedsel dat kenmerkend is voor het land. Ik geef de voorkeur aan echt vlees.
En Guete mitenand!
1 Frank Keppler et al.: Methane Emissions from Terrestrial Plants under Aerobic Conditions. In: Nature 2006, 439, S. 187–191.