De Stichting Warentest hekelt schadelijke residuen in zwarte thee
Door Udo Pollmer
De Stichting Warentest waarschuwt de consument voor kankerverwekkende stoffen in zwarte thee. Udo Pollmer roept op tot kalmte. Vele van de stoffen kwamen slechts in sporen voor die geen kwaad kunnen, maar er werd ook een echt gif gevonden.
De Stichting Warentest beklaagt in haar recente uitgave niet gewenste residuen in zwarte thee. Bij sommige schadelijke stoffen ging het om “hoge dosissen” die ook nog eens “kankerverwekkend” zijn. Moeten gepassioneerde theedrinkers hun consumptie nu reduceren tot een kopje per dag of meteen de gewende dosis door een kan heet water vervangen?
Onder de residuen in de thee zijn in de eerste plaats puur kwantitatieve mineraal-olie –bestanddelen te noemen. Ze waren met zo’n drie milligram per kilo vertegenwoordigd. Mineraalolie hoort in de tank en niet in het theekopje. Gelukkig zijn deze verontreinigingen niet in water oplosbaar en...
...blijven daarom aan de blaadjes en in de filter hangen. De gezette thee is vrij daarvan. Wie als consument minder mineraalolie naar binnen wil krijgen, zou eenvoudigweg recyclingpapier moeten mijden, want dat is de belangrijkste bron.
Hoge belasting met polycyclische aromatische koolwaterstoffen
Riskanter zijn de PAK, de polycyclische aromatische koolwaterstoffen. Ze ontstaan bij verbrandingen. De Stichting Warentest vond tot 0,3 milligram per kilo. Daarbij is zelfs ondeskundig zwartgerooktes minder belast. Volgens de Europese Levensmiddelenautoriteit EFSA zijn de belangrijkste bronnen van PAK echter noch zwarte thee, noch ham, maar cerealen zoals ontbijtvlokken en volkorenbrood, gevolgd door vis en zeevruchten.
Op de derde plaats staan bladgroenten. Weliswaar zijn hun gehaltes doorgaans geringer dan in de thee – maar van de genoemde eetwaar word veel meer gegeten. Wie PAK wil mijden, ziet liever af van sigaretten, gerookt vlees en groene kool. Laatstgenoemde kamt met zijn gekruld oppervlak de schadelijke stoffen uit de lucht.
Ook groene thee belast
Een nieuwe wetenschappelijke vondst is het anthrachinon: Met maximaal 0,08 milligram per kilo thee handelt het zich echter alleen om sporen. De chemicalie dient normaliter voor de vervaardiging van papier en verfstoffen. In de landbouw was het lang als vogelafweermiddel in gebruik – om zaadgoed en vruchten voor de snavels van het pluimvee te beschermen.
Daarbij zijn anthrachinonen van nature uit ook in groenten zoals linzen, erwten, bonen, kool en kropsla vertegenwoordigd: Meestal slechts in sporen, maar werden al tot 36 milligram per kilo aangetoond. Dat is 500 maal meer als in zwarte thee. Ook in kruidenbitters zijn ze aantoonbaar, vermoedelijk omdat kruiden zich daarmee beschermen tegen plaagdieren. Vroeger werden anthrachinon houdende planten als geneesmiddel toegediend – sommigen zoals sennebladeren veroorzaken diarree en zijn daarbij een probaat middel tegen verstopping.
Anthrachinon zou net zoals de PAK door verbrandingsprocessen bij de droging in de zwarte thee beland zijn. Maar wie nu meent, naar groene thee te kunnen uitwijken, is nog lang niet uit de gevarenzone, zoals het voorbeeld acrylamide laat zien. Zwarte thee is praktisch vrij daarvan – in tegenstelling met de belaste groene thee. Men ziet: Door geschikte keuze van de onderzochte stoffen laat zich nagenoeg ieder levensmiddel aan de schandpaal nagelen of als “aanbevelingswaardig” beoordelen.
Echt gevaar: Pyrrolizidine
Echt riskant is een andere vondst in de thee: Het pyrrolizidine – met gehaltes tot zo’n halve milligram per kilo. Dat zijn natuurlijke giffen, die vooral onze lever aanvallen. In theeblaadjes hebben ze helemaal niets te zoeken daar ze volgens opgave van het Bondsinstituut voor Risicobepaling volledig in de drank overgaan.
Hoe konden de pyrrolizidine überhaupt in de thee terecht komen? Eerstens via onkruiden, die bij machinaal oogsten eenvoudigweg “meegeplukt” werden of door onvoldoende schoongemaakte drooginrichtingen, opslagruimten of transportkisten. In Azië worden nog altijd pyrrolizidine houdende kruiden verwerkt, die in Europa al lang taboe zijn.
Overigens: Pesticiden heeft de Stichting Warentest zo goed als geen ontdekt. Dankzij de vooruitgang in de analyse techniek draait het carrousel van schadelijke stoffen steeds verder. De consument profiteert ervan, zolang echte risico’s zoals pyrrolizidine op de voorgrond staan en de lezer niet met onbelangrijke sporen verontrust word. Smakelijk!
Literatuur:
Mueller SO et al: Occurrence of emodin, chrysophanol and physcion in vegetables, herbs and liquors. Genotoxicity and anti-genotoxicity of the anthraquinones and of the whole plants. Food & Chemical Toxicology 1999; 37: 481-491
Huxtable RJ: Human health implications of pyrrolizidine alkaloids and herbs containing them. In: Cheeke PR (Ed): Toxicants of Plant Origin. CRC, Boca Raton 1989; I: 41-86
EFSA: Scientific Opinion of the Panel on Contaminants in the Food Chain: Polycyclic aromatic hydrocarbons in food. EFSA Journal 2008; e724: 1-114
Friedman M, Mottram D: Chemistry and Safety of Acrylamide in Food. Springer Science & Business Media, 2006